Vroeger sterk, nu mooi

Mariska Jansen • 20 aug 2010

Sportende vrouwen ondervinden veel vooroordelen. En voor zwarte sportvrouwen geldt dat in het bijzonder. Een vriendin die aan de universiteit van Boston promoveert, vertelde over het proefschrift van een Amerikaanse collega. Afro-Amerikaanse vrouwen zijn krachtiger dan hun blanke seksegenoten, dachten ze aan het begin van de negentiende eeuw. De zwarte vrouw werd gezien als een werkpaard terwijl de witte vrouw een fragiel poppetje was. Die vooroordelen werkten uiteindelijk in het voordeel van Afro-Amerikaanse atletes. Ze legden zich toe op sport en verwierven zo een zelfstandige positie, terwijl dit bij hun blanke concurrenten werd ontmoedigd.

Daar moest ik aan denken toen ik de nieuwe Fier over zingeving en sport las. Hoogleraar Sport Annelies Knoppers vertelt in een interview over de dominante opvattingen over het ideale mannen- en vrouwenlichaam. Dat die ook in de sportwereld erg conservatief zijn, blijkt uit het rumoer rond de Zuid-Afrikaanse hardloopster Caster Semenya, zegt Koppens. ‘Ze is een uitstekende sporter, maar past niet in het beeld van ‘hetero-vrouwelijk’. Zij wordt ervan verdacht geen echte vrouw te zijn. Uit niet-westerse hoek komt het commentaar dat de kritiek op haar getuigt van een westerse blik op hoe een heterovrouw eruit hoort te zien.’

Het goede nieuws is dus dat zwarte vrouwen tegenwoordig blijkbaar onder dezelfde maatstaven vallen als blanke vrouwen. Het slechte nieuws is dat die maatstaven sinds de vorige eeuw maar weinig zijn veranderd. Volgens Koppens wordt nog steeds van vrouwen verwacht dat ze vooral mooi zijn.

‘Vrouwensport wordt ook gebruikt om de seksualisering van de maatschappij te versterken. Tegelijkertijd reduceert dit vrouwelijke sporters vaak tot ‘sexy vrouw’ in plaats van topsporter. Ze worden meer gewaardeerd als ze er sexy uitzien’, zegt Koppens.

Krachtig zijn, zoals de Afro-Amerikaanse vrouwen uit de jaren zestig, gaat in tegen dat schoonheidsideaal. Bij kunstrijden bedekken de vrouwelijke sporters hun spieren daarom met een rokje, de mannen tillen de vrouwen op en draaien ze rond. Bij turnen is dat niet anders. ‘Turnen voor vrouwen is veranderd van een krachtsport in een sport waarbij het accent ligt op flexibiliteit. Ze moeten nog steeds sterk zijn, maar alleen bij mannen wordt kracht openlijk gewaardeerd.’