ratten en kwartels

en de biologie van homoseksualiteit

Janiek Kistemaker • 29 jul 2010

Als een wereldvreemde Willie Wortel die in de kelder bij zuster Clivia al jaren onverdroten werkt aan een pilletje waarmee je een slecht mens in een goed mens kunt veranderen, zo zijn wetenschappers al 35 jaar (niet al veel langer?) op zoek naar de oorzaak van homoseksualiteit. Miljoenen aan belastinggeld zijn besteed, duizenden kwartels en ratten gemaltraiteerd in een poging iets te vinden waar niemand op zit te wachten. De nieuwste aflevering van deze treurige saga blijkt een krantenkop waard, maar LOVER’s webredacteur houdt de uitkomsten tegen het licht en lanceert een nieuwe onderzoeksvraag: wat is de oorzaak van deze zinloze zoektocht?

Het is alweer een half jaar geleden dat de Luikse endocrinoloog Jacques Balthazart zijn boek Biologie de l’homosexualité publiceerde. Een boek dat in zijn taalgebied veel stof heeft doen opwaaien en afgelopen week nog eens in La Libre werd besproken. Twintig jaar onderzoek naar homoseksueel gedrag bij proefdieren vindt daarin zijn weerslag en Balthazart waagt zich zelfs aan een conclusie over de biologische oorzaak van homoseksualiteit. Dat wekt hoge verwachtingen.

Bij de conclusie bekruipt mij echter al een licht gevoel van teleurstelling: wie homoseksueel is, heeft daar niet voor gekozen, maar is zo geboren. Dat wisten we toch al en vooral: is het belangrijk dat te weten? Om tot deze slotsom te komen heeft Balthazart talrijke experimenten uitgevoerd, waarin hij bij zijn ratten en kwartels homoseksualiteit wist te veroorzaken door een klein gebiedje in de hersenen te beschadigen of in het embryonale stadium bloot te stellen aan een ongewone hormoonbalans.

“Als we gedurende een bepaalde fase in de ontwikkeling testosteron toevoegen aan vrouwelijke embryo’s of de werking van testosteron bij mannelijke embryo’s blokkeren, dan merken we dat deze dieren op volwassen leeftijd seksueel gedrag vertonen dat karakteristiek is voor het tegenovergestelde geslacht, terwijl de lichaamsvormen en genitaliën niet zijn veranderd.”

Wat is hier aan de hand? Welke aannames omtrent homoseksualiteit liggen aan dit onderzoek ten grondslag? Leven we nog in de tijd dat homo’s en lesbienne’s als “geïnverteerden” werden gezien en men zich afvroeg wie van de twee "het vrouwtje" was? Gaat zelfs de wetenschap nog uit van achterhaalde stereotyperingen? Is alleen de mannelijke rat die zich als vrouwtje aanbiedt homoseksueel of ook het mannetje dat van die beschikbaarheid gebruik maakt? En wat is het in testosteron gedrenkte wijfje dat een willig mannetje bespringt? I smell a whole lot of rats.

Afgezien van hoe weinig overtuigend dergelijk onderzoek is, blijft bij mij vooral de vraag hangen naar het waarom ervan. Jacques Balthazart geeft tegenover de journaliste van La Libre blijk van nobele intenties: door te bewijzen dat homoseksualiteit een biologische oorzaak heeft, hoopt hij de “schuld” bij homo’s (en hun ouders!) weg te halen en zo homofobie de wind uit de zeilen te nemen. Ik vrees dat deze goede bedoelingen niet veel zoden aan de dijk zullen zetten. Ten eerste is het zoeken naar een oorzaak van homoseksualiteit op zichzelf al een bevestiging van problematiseren ervan. Iets wat geen blaam verdient, behoeft ook geen excuus. En het simpelweg aanwijzen van een andere zondebok helpt ons niet om schaamte en schuld voorbij te komen. Verder zal het vinden van een homogen of endocrinologische factoren bij het ontstaan van homoseksualiteit bestaande homofobie niet wegnemen. Angst laat zich niet wegrationaliseren. Voor mensen die dat persé willen openen zich misschien zelfs wegen (prenataal onderzoek, opteren voor abortus bij verhoogd risico) om homoseksualiteit te “voorkomen”.

Misschien tijd voor een onderzoek naar de oorzaken van homofobie?

Het artikel in La Libre kun je hier lezen.